|
Gewone hennepnetel
Galeopsis tetrahit
Een overdaad aan bloemen in
de bladoksels, tweezijdig symmetrisch. Bloemkroon 12 – 18 mm. lang, paars met
witte haren, 2-lippig, aan de onderzijde buisvormig, het bovenste deel gebogen.
Bloemkelk tot op de helft of meer gespleten in vijf doornige stekelharen. Vier
meeldraden, de stamper rijpt tot een vierdelige splitvrucht op de bodem van de
bloemkelk. Stengel vierkantig, harig. Bladeren tegenoverstaand, gesteeld, de
bladschijf eirond tot ruitvormig, ruw getand, 2 – 5 cm. lang, harig aan beide
zijden. Hoogte: 15 – 30 cm. Habitat: Exoot in tuinen, in dorpen
en bij boerderijen. Zeldzaam. Lijkt op: Paarse dovenetel: de Gewone
hennepnetel onderscheidt zich met z’n ruwe haren en toegespitste bladeren. Bloeitijd:
Juli. IJslands: Garðahjálmgras (Lipbloemigenfamilie).
|
|