|
Bosaardbei
Fragaria vesca
Bloemen 1,2 – 1,5 cm. breed, 5-tallig. Kroonblaadjes wit,
omgekeerd-eirond. Kelkblaadjes korter, spits; bijkelk-lobben korter en smaller dan
de kelkblaadjes. Tien meeldraden. Vele stampers die zich ontwikkelen tot kleine
donkere nootjes aan het oppervlak van de "aardbei", die is gevormd
uit de vergrootte bloembodem. Tamelijk sterke rizoom met spreidende
driedelige bladeren aan een lang harig steeltje. Blaadjes ruitvormig tot
omgekeerd-eirond, ruw getand, met "zilveren" haren aan de onderzijde,
1,5 – 3 cm. lang en 1 – 2 cm. breed. Hoogte: 5 – 15 cm., de kruipende
uitlopers veel langer. Habitat: Op het zuiden geëxponeerde hellingen
of bosgebied, her en der verspreid over het land, met een voorkeur voor de warmere
gewesten. Lijkt op: De bloemen lijken op die van de
Parnassia, maar de
Bosaarbei onderscheidt zich door de dreivingerige bladeren. De Bosaardbei wordt
gemakkelijk verward met de Steenbraam
; de bladeren van de Bosaardbei
rijpen laat in het seizoen en zijn op IJsland doorgaans tamelijk klein. Onder gunstige
omstandigheden rijpen ze op vruchtbare zonnige hellingen volledig en dan zijn ze
geschikt voor menselijke consumptie; ze zijn smakelijker dan de grotere
gecultiveerde aardbeien.
|
|