|
Noordse waterranonkel
Ranunculus hyperboreus
Bloemen 6 – 8 mm. breed. Doorgaans drie kroonblaadjes, omgekeerd-eirond. Kelkblaadjes even lang of korter,
lichtgekleurd. Doorgaans 10 –15 meeldraden en stampers. Stengel kruipend,
doorgaans met drielobbige, soms 5-lobbige, gladde bladeren. Hoogte:
Compleet kruipend. Habitat: Modder, ondiepe plassen, meren en bronnen.
Tamelijk algemeen. Lijkt op: Kruipende waterranonkel. De
bladeren lijken op die van de Bergmoerassteenbreek. Bloeitijd:
Juni. IJslands: Sefbruđa (Ranonkelfamilie) – De Noordse
waterranonkel is een kensoort van ijzerrijk bronwater dat opwelt uit de
modder in draslanden, vooral op de Centrale Hooglanden. Ze is op deze plaatsen
doorgaans in gezelschap van Watergras .
|
|